Baanderstempel

 

Het gebouw van de beide Sneeker Loges aan de Looxmagracht werd in 1880 gebouwd, en is een van de weinige vrijmetselaars werkplaatsen in Nederland die speciaal voor de Loge werd opgetrokken. In de jaren ’30 van de vorige eeuw begon het classicistische gebouw gebreken te vertonen door lekkage van het dak. Eerst wilde men de afbladderende noordermuur met jute bekleden en lambrisering aanbrengen maar ingrijpender verandering was nodig. Daarom stelde de loge in 1933 een bouwcommissie aan die enige jaren later de hulp van Baanders inriep.
Een prima keus, zo bleek achteraf. Herman Baanders (1876 – 1953) was een even bekende architect als een vooraanstaand vrijmetselaar uit Amsterdam die veel voor de Orde betekend heeft. Zo richtte hij in 1930 de vereniging Tempelbouw op, de voorloper van de Stichting Ritus en Tempelbouw van de Orde. Baanders staat dan ook prominent afgebeeld op de bronzen plaquette links naast de deur van de Voorhof, een geschenk van zijn loge Concordia Vincit Animos tijdens het jubileum van CRPC in 1998.
Baanders kwam, zag en vond de verbouwing een schitterend idee: in de herfst van 1939 verrees, met hulp van ambachtslieden die hij uit Amsterdam had meegenomen, de ‘parel van Sneek’. De verbouw duurde langer dan gepland: Baanders raakte namelijk zo enthousiast over de vormsymboliek die hij in de tempel tot uitdrukking wilde brengen, dat hij, al verbouwende, nog allerhande wijzigingen doorvoerde (en uit eigen zak betaalde). Hierover hield hij een dagboek bij dat zich nu in de bibliotheek van Sneek bevindt.
Lang heeft de loge niet van de tempel mogen genieten: begin september, ruim een jaar na oplevering, liquideerden de nazi’s alle loges in Nederland maar spaarden, zo gaat het verhaal, tot driemaal toe het interieur van de Baanderstempel omdat deze zo mooi was. De tempel kwam in handen van de NSB en de Jeugdstorm die alles leegroofden en de inventaris vernietigden, evenals beide kolommen en de lichtschachten. Gelukkig bleef het gewelf gespaard en kwam na de oorlog van onder de vloer - hoe symbolisch! – de Ruwe Steen tevoorschijn, herkenbaar aan een inscriptie die er door een van de broeders op was aangebracht.
In 1951, toen de loge het gebouw formeel had teruggekregen, volgde renovatie. De grootste uitgave in de tempel was een prachtig ingetogen tapijt, volgens aloude maçonnieke traditie zwart-wit geblokt, dat kruislings op de vloer van de tempel werd neergelegd. Een andere grote uitgave betrof de Voorhof die een geheel nieuw uiterlijk kreeg.
Waarin onderscheidt de Baanderstempel zich nu van andere maçonnieke werkplaatsen? Allereerst door de maatvoering. Op basis van de Gulden Snede en de regelmatige vijfhoek heeft Baanders abstracte en concrete begrippen bij elkaar gebracht. Die begrippen vinden in het gewelf – symbool van het heelal – haar meest volmaakte uitdrukking. Maar maçonnieke arbeid is ook een zich herhalend spel en aan de lichtsymboliek werd speciale aandacht gegeven. Tijdens de werkzaamheden in de tempel komen en gaan verschillende kleuren licht die tot diep in het gemoed van de broeders kunnen doordringen en hen tot reflectie uitnodigen.
Deze bouw- en lichtsymboliek maken de Baanderstempel uniek. Nergens in ons land hebben twee loges, sinds 1985 verenigd in de Stichting Baanderstempel, een gebouw tot hun beschikking dat rijkdom aan strengheid en harmonie aan helderheid paart. Die stijl en faam, waar veel bezoekende broeders nog steeds op afkomen, werkt door in de ritualen die CAL hanteert: open, wat informeel en, zoals het echte vrijmetselaars betaamt, natuurlijk wars van leerstellingen.

Baanderstempel

Baanderstempel